Beste forumleden!
Het is niet bepaald druk met bijdragen op dit forum.
Daarom heb ik er nog één uitgeperst!
Hoe en wanneer maak ik mijn kleinzoon een modelspoor liefhebber?!?
Deel 06 – Verder met analoge automatisering?AlgemeenWaar we in dit deel 06 weer naar gaan kijken is de vraag hoe ga je verder met een analoge H0 startset bij een kind van zeg 5-6 jaar.
Wat we in het vorige deel 05 hebben gezien is dat ik mijn eigen gang ben gegaan met het verder automatiseren van de analoge baan.
Daar borduren we nog even op door en tot slot kijken we wat mijn kleinzoon ervan vindt.
Automatiseren van de analoge baanWat ikzelf vroeger uitdagend vond was het automatisch laten wisselen van twee treinen, middels schakelrails en relais.
Natuurlijk is het te voor de kleine jongen (om op te bouwen) een paar bruggen te ver.
Maar het is best een spectaculair gezicht. Dit AnyRail 7 ontwerp presenteerde ik in deel 05:

Bij dit baanplan is sprake van twee wisselstations. Dus zouden wel drie treinen elkaar kunnen laten afwisselen. Hierbij wordt voor het wisselen gebruik gemaakt van twee opties; namelijk werken met een separaat relais en gebruik maken van ‘denkende’ wissels.
Daarnaast maken we het nog wat leuker, door 4 seinen toe te voegen aan het geheel. Het onderste wisselstuk bij de trafo is geheel geautomatiseerd, middels reed magneet kontakten en een separaat relais, dat zowel het stroomloos maken van de railstukken verzorgt, maar ook het wisselen van de seinkleuren. De denkende wissels heb ik in deel 05 uitvoerig besproken.
Bij het bovenste wisselstuk worden de wissels bediend door een knoppenkastje. Alleen de seinen worden aangestuurd door een separaat relais, dat weer door het knoppenkastje bediend wordt. We laten de 2 wissels wel gelijktijdig schakelen.
Het spelelement zat hem erin dat met het knoppenkastje wel op tijd moet worden geschakeld. Natuurlijk gingen we kijken of dat wel goed gaat!?! Nu het ging niet goed en na een paar botsingen, is besloten dit bovenstuk toch maar te automatiseren met reed kontakten. Het ontwerp wijzigde dus snel in:

Beetje rommelig, maar als je de draadjes niet onder de tafel kunt wegwerken wordt dit het schouwspel:

Voor de reed kontakten heb ik 2 soorten toegepast: die van Fleischmann zelf en de door Tony van de Geul-dal-baan aanbevolen (van Conrad).

De Fleischmann 6435 set moet je monteren op een rechte rails, waar je eerst 2 gaatjes maakt met een meegeleverd ‘prikkertje’.


Met datzelfde ‘prikkertje’ heb ik 2 gaatjes gemaakt in een railtje voor de Conrad reed kontakten:

Zoals te zien is zijn de kontakten horizontaal geplakt op de rails. Tony beval aan om ze verticaal aan te brengen. Helaas kan dat op de eettafel (nog) niet!
Toevoegen van de seinenHet plaatsen van seinen geeft een leuk extra effect. Echter hier is wel (analoog) een relais voor nodig. Voor de automatisering van het onderste wisseltraject was er al een relais nodig. Bij de ‘denkende’ wissel, boven, was geen relais nodig, maar met seinen wel.
In dit klassieke prentje is de (onderste) schakeling (nog met ingebouwd wissel relais) duidelijk gemaakt:

In de praktijk ziet dat er zo uit (met separaat relais):

Het relais heeft de een wisselstroom kant voor de seinen en een gelijkstroom kant voor het stroomloos maken van de rails tussen de isolatie verbindingen.

De klassieke seinen zijn makkelijk aan te sluiten met 3 klemmen op het frame.
Aansluiten aan de railsMet de ‘oude’ Fleischmann Modellgleis was het simpel aansluiten, omdat er geen bedding was, zoals bij Profigleis. Het kan dus overal aan de rails:

Modellgleis aansluiten
Bij de Profigleis is aansluiten alleen mogelijk op de koppelingen tussen 2 aparte railstukken! Hierdoor is bijvoorbeeld een stroomloos stuk per definitie 2 railstukken lang en de isolatie lassen moeten dus aan de eindes van elk stuk. Solderen was alleen mogelijk bij de railkoppelingen, daar de rails van messing is gemaakt.
De Profigleis aansluitingen zien er als volgt uit:

Voor het isoleren zijn geen railstukken bij Profigleis voorhanden, dus met kunststof isolatie verbinders.
Ervaringen met het berijden van het ontwerp met de denkende wissels (bovenste deel)Omdat in mijn verzameling maar 2 rechte wissels ‘denkend’ gemaakt zijn, was het bovenste wisselstuk aan de korte kant. Dit mede gelet op de tafelafmetingen. Hierbij kan het schakel contact te dicht zitten op het stroomloze stuk.
Daarnaast moet gelet worden op het met gelijkstroom voeden van plotseling stroomloze stukken tussen de echte stroomloze stukken. Dit gaf een serieus probleem met het plotseling stilstaan van de lok op het schakel contact. Dit zorgt ervoor dat de 3 aangesloten relais te lang aanstaan.

Een Conrad reed contact heeft dit niet overleefd en is vervangen (ik had er 4). Verder werkt het Trix relais ook niet lekker. Het 2e oude Fleischmann relais heeft dezelfde kuren. Kortom: dit moet verder onderzocht worden. Wel meer rail ruimte tussen schakel rail en (denkend) stroomloos stuk.
Ik heb de automatisering van het bovenste deel voorlopig opgeheven. Overigens was het op zich leuk om ‘even’ te werken met een denkende wissel. Persoonlijk heb ik het meeste bezwaar tegen het wisselen van de polariteit van de stroomloze stukken. Daarentegen wellicht meer toepasbaar bij doodlopende trajecten.
Jammer genoeg was de onbetrouwbaarheid van het bovenste deel van de baan ook oorzaak van een paar aanvaringen, waarbij zelfs een lok de grond opzocht. De schade viel mee. Daarna heb ik de baan omgebouwd met nu 4 niet-denkende bochtwissels en separate relais (nu 1, wordt 2):

Gelijkstroomtoevoer is op 2 plaatsten. Links en rechts tussen de wissels. Dit om de stroomloze stukken in de binnenste rails te overbruggen.
Maar is dit nog de moeite waard voor mijn kleinzoon?
Maar wat vond mijn kleinzoon er nu van?Doordat ik wel erg op (mijn oude hobby!?) de analoge automatisering ben ingegaan, is het onderzoek naar mijn kleinzoon (schijnbaar) wat uit het oog verloren. Daarom hier een aantal observaties:
Zijn interesse (IKEA) is vooral het maken van complexe rail ontwerpen. Gepoogd is een ontwerp met een kruising op de tafel te krijgen, maar hij vroeg naar meer complexiteit. Dus een grotere tafel en/of op de grond lekker veel rails.
Het met meer treinen geautomatiseerd rijden vond hij leuk om te zien, maar hij wil wel blijven regelen met de trafo. Dit gaat in één richting goed, maar bij het omkeren van de rijrichting, werken de wisselstukken niet goed meer.
Twee wisselende lok’s op de baan is dus voldoende.
De seinen waren wel een succes. Die vond hij prachtig en begon ook gelijk de relais te bedienen met de hand.
Het rangeren op het doodlopende stuk was een leuk vermaak, inclusief het ontkoppelen van de wagentjes. Hier werkt hij echt met de trafo.
Simpele onbewaakte overwegen blijken veel plezier op te leveren in combinatie met zijn eigen speelgoed.
De wagentjes moeten zoveel mogelijk open zijn, om allerlei autootjes erin te kunnen vervoeren, inclusief een kleine helikopter!
Het toevoegen van huisjes en, naar familieleden vernoemde, stations geven extra speelmogelijkheden.
Het met de knoppenkastjes bedienen van elektrische wissels is niet interessant voor hem. Hij loopt liever rond de tafel om de wissels handmatig te bedienen. De ontkoppelrails met een kastje bedienen is iets makkelijker, qua bereikbaarheid.
Al die draadjes over de tafel beperken zijn speelterrein voor zijn eigen speelgoed.
Dit zijn, vermoed ik, de belangrijkste observaties. We moeten constateren dat vooral het speelelement nog steeds het belangrijkst is voor mijn kleinzoon van 5,5 jaar oud. Hij moet dus aan het werk blijven en niet alleen naar automatisering moeten kijken. Het waarderen en zelf ontwerpen van automatisering komt wel als hij ouder is. Nu is dat nog de hobby voor opa.
Nu ga ik eens diep nadenken hoe ik een ontwerp maak, dat rekening houdt met alle observaties hiervoor. Wellicht ga ik iets maken, in de richting van:

Bij dit ontwerp is prioriteit gegeven aan de spel elementen, die er mee mogelijk zijn. We zien overgangen, stations en ontkoppel plaatsten. Geautomatiseerd wisselen boven 2 treinen. Het emplacement is alleen in de juiste rijrichting toegankelijk. Eenmaal daar is heel wat heen en weer te rijden met de trafo. De knoppenkastjes zijn alleen als back-up. Draden zoveel mogelijk wegwerken van het ‘speelplein’. We noemen dit het ‘speelplein’ ontwerp!
Nog even naar HoutenMet het laatste ontwerp in gedachten ben ik zaterdag naar de Modelspoorbeurs in Houten geweest. Mijn boodschappenlijstje was weer goed gevuld. Zo heb ik een leuk klein lokje (4029) gekocht met een aantal wagentjes, vooral met open laadruimte voor kleine autootjes. Allen met de oude Fleischmann ‘Slot’ koppelingen in plaats van de ‘Profi’ koppelingen.


Verder nog wat rails, stootblokken, aansluitklemmen, magneetjes, etc.
Bij de vorige testbanen waren er problemen met de schakel relais en de reedkontakten. Dus ook op zoek naar alternatieven. Verder ook naar die kleine gelijkrichters, ter bescherming van de stootblokken.
Alternatieve schakel relais en reed contactenEen latere generatie Fleischmann schakelrelais (6956) was snel gevonden. Zoals bij al die relais, zijn de aansluitpunten weer verschillend:

Daarnaast ook een Tillig (TT) relais 08410 op de kop getikt, (komt uit de voormalige DDR):


De Fleischmann reed contact schakel klemmen (6435) waren nergens op de beurs te verkrijgen en als alternatief zijn 5 losse reed contacten aangeschaft voor een € 1,- per stuk. Op het internet zie ik de Fleischmann variant of als uitverkocht, dan wel tegen waanzinnige prijzen.
Testen van de nieuwe relais en reed contactenEen opstelling gemaakt met 2 wissels, relais en diverse reed contacten & magneetjes:

Uiteindelijk werkt alles, behalve dat weer een Conrad reed contact aan overbelasting en het oude Trix relais ten onder gegaan is. Een nieuw (goedkoop) reed contact werd via de Fleischmann 6941/525 ‘doorverbinder’ getest en dat werkte ook met de magneetjes. Die gaan we dus nog in een rails solderen en testen op de baan. Kijken of die het overleven!?
Stootblokbescherming met gelijkrichtersIn het laatste ‘speelplaats’ ontwerp zijn 4 doodlopende sporen met stootblokken aanwezig. Een beveiligingsmethode is met diodes. Op de beurs bleken de Fleischmann (6950/519) gelijkrichters ook voor € 1,- te koop. Dus 4 maal op de kop getikt.

Ze werken wel in één richting, dus even testen. Zo moet aangesloten worden:


Het werkt dus, de lok stopt en na het omkeren van rijrichting snelt deze weer weg. Dit gaan we binnenkort ook testen op het nieuwe ontwerp!
Natuurlijk kun je hetzelfde bereiken door een paar diodes te kopen. Inmiddels zal het wel duidelijk zijn dat ik graag de banen snel opbouw en afbreek. Dan zijn die ‘knijp-verbinders’ handig als je steeds met losse draadjes werkt en even niet wil permanent solderen.
Tot slotNog steeds is het leuk om de analoge opties te (her)ontdekken. In de volgende aflevering gaan we weer kijken wat meneer de kleinzoon ervan vindt. Wellicht wil hij zelf tot aan het stootblok rijden en niet weer door analoge automatisering ‘gedwongen’ worden!?!
Tot de volgende keer!
Groetjes van Opa Koos
Almere
Disclaimer
Eigenlijk had ik alles wat ik te vertellen heb over mijn analoge avonturen moeten droppen in het hoofdstuk ‘Modelbaanbesturing; Analoge Vraagbaak’. Ik hoop dat het forumbestuur me toch toelaat dat hier te plaatsen!?AanbevelingIk gebruik voor het uploaden van de plaatjes voor deze bijdragen het programma
PostImage.
https://postimages.org/Het is gratis en er zit geen reclame in verwerkt.
Uploaden gaar super snel en voor het delen heb je gelijk een 'url', geschikt voor ons forum!


Dan kies je 'hotlink voor fora' door op het blauwe knopje rechts te klikken.

dan plak je tussen je tekst:
en dan is het al gebeurd!