Rondneuzend op dit forum trof ik een oude vraag aan:
gelijkstroom of wisselstroom?. Dat is nou typisch zo'n vraag waar geen eenduidig antwoord op te geven is.
Ik besloot lang geleden (jaren '80) 2-rail en 3-rail te combineren, na een verhaal aangehoord te hebben van een enthousiaste verkoper in Haarlem. Het zou gewoon moeten kunnen zolang je maar niet op M-rails rijdt (of wel op M-rails maar dan uitsluitend met bovenleiding als 2e of 3e rail).
Enfin, ik stapte over op K-rails want daarmee kon het toen simpel.
Het K-rails wisselaanbod vond ik te beperkt, en zo kwam ik uit op een range 2-rail merken: Roco, Piko-A, en Peco. Want met wat pukkeltjes ertussen, combineren alle code 100 rails (in de volksmond 2,5 mm rails, oftewel 2.54 hoogte incl. railbed).
Aanvankelijk stuurde ik alles aan met AC en met DC, wisselspanning en gelijkspanning dus.
Al snel bleek dat oude Märklin locs ook prima op gelijkspanning rijden. Op afgevlakte wisselstroom kunnen ze kruipen.
Schakelen op gelijkstroom gaat ook prima, en is met de huidige elektronicatechniek zelfs een voordeel.
Het scheelt stroomkringen en het scheelt relais.
Ik werk graag met relais. Ik weet dat het anders en goedkoper kan met transistors en ic's,
maar ben ergens blijven steken in die materie, lang geleden. Dus hou ik vast aan wat ik zeker weet.
Onlangs bood iemand me een kant-en-klare helix (spiraal) aan.
Het idee sprak me aan, maar dan moeten wel alle bestaande plannen overboord (en ik raak wat opslagruimte kwijt).
Ik kwam op het idee van een schaduw-kopstation, onderaan de helix, diep onder het schuine dakbeschot, in nu nog onbenutte ruimte.
Simpel, maar analoog een uitdaging.
Het tracee van de helix is 170 mm breed, en beoogt te voorzien in 2 sporen van circa 64 en 58 cm radius.
Na wat rekenwerk denk ik dat er net aan 3 sporen parallel op passen (voor type C-voertuigen), mits de sporen asymmetrisch worden verlegd.
Dat schaduw kopstation (de uitdaging) ziet er zo uit:
Drie sporen (helix) komen uit op een 2-sporig schaduw kopstation (sporen A en B).
De kleinste radius >=419 mm (Piko-A 55223 boogwissel), en elke trein moet daar mee kunnen leven.
(van de treinen die ik heb; ik ken de nodige modellen die daar niet doorheen komen)
In dat kopstation is geen plaats voor loc-omloop: locs moeten gewisseld worden.
De wissel-locs moeten dus ergens geparkeerd staan buiten het schaduwstation.
Er komen (niet in een vaste opeenvolging) 3 soorten treinen:
a. getrokken treinen (goederen en personen treinen met de loc altijd voorop in de rijrichting)
b. pendeltreinen met een of meer stuurstanden en een loc (b.v. sandwich: stuurstand-wagons-loc-wagons-stuurstand)
c. pendeltreinen met een loc voorop en een loc achterop
Alleen met treinen van type a moet iets speciaals gebeuren: loc-wissel
De andere twee types maken rechtsomkeerd: rijrichting wisselen is genoeg.
De stijgende helling is de buitenste met 2,2% stijging in de helix.
De dalende sporen op de helling hebben een percentage van 2,4% en 2,6%.
Als treinen op spoor A binnen komen, moeten ze diagonaal over het kruiswissel (de hosentrager) heen vertrekken.
De maximale lengte van treinen vormt misschien een probleem bij het ontkoppelen.
Korte en middellange treinen vormen geen probleem, maar de lange eindigen in een bocht (onder de verwarmingspomp).
En juist die lange zijn getrokken, en vergen een wissel-loc.
Dat kan ik natuurlijk heroverwegen, want iets niet doen is vaak makkelijker dan er een oplossing voor vinden).
Traditioneel analoog locs wisselen doe je door:
- binnen rijden tot voorbij een bepaald punt (detectie: lichtsluis, contactrails, schakelrails),
in ieder geval met de treinachterkant voorbij de stopplaats van een dubbele loc - stoppen
- wissel-loc uit parkeerplaats tegen de achterkant van de trein laten koppelen
- zwikkie terug trekken met nieuwe loc tot aan ontkoppelrails (ook met lichtsluis o.i.d.)
- oude loc afkoppelen en laten staan
- trein met nieuwe loc laten vertrekken
- als alles veilig is oude loc naar wissel-loc parkeerplaats sturen
Het gaat om punt 3: dat doe je traditioneel zo, omdat een loc makkelijker aankoppelt als de loc aan de andere kant
van de trein er nog aan vast zit.
Als je de loc er eerst afhaalt, heb je kans dat de wissel-loc niet aankoppelt of daar teveel ruimte voor neemt.
En de vraag is waar zet je die ontkoppelrails precies.
Bij punt 4 dacht ik aan een draadje op het forum
Eerst rijden of eerst ontkoppelen (of zoiets).
Als je eerst gaat slepen, dan staat er veel spanning op de koppeling,
terwijl als je duwend ontkoppelt (dus de wagons dichter op elkaar drukt), er minder spanning staat op de koppeling.
Teneur in dit draadje: test het uit voordat je het automatiseert. Dat lijkt me ook slim.
En t.a.v. punt 5: als je aan twee kanten van een sleep een loc hebt, en de wagons staan in een boog, dan heb je kans dat de trekkende loc de wagons uit de rails trekt (het gaat wel om locs van 600 gram en zo).
De wissels en dus rijroutes vormen een nog te tackelen punt: er rijden 2-railers en 3-railers rond, en die vergen verschillende schakellogica.
Je kunt beter geen 3-rail wissel-loc hangen aan een 2-rail getrokken trein, want dan moet je meer beveiligen.
En de vraag is dan of je 3-rail wissel-locs op een andere parkeerplaats moet zetten dan 2-rail wissel-locs.
Die vraag is nieuw voor me.
In het verleden stonden wissel-locs door elkaar heen geparkeerd.
Dat ging goed, maar vergde meer schakelingen op de kopsporen zelf.
Het punt van de bereikbaarheid: de plek waar een en ander komt, is vrijwel onbereikbaar,
dus daar moet ook nog iets op verzonnen worden. Het gereedschap staat ervoor ....