Niets is zo eenvoudig als zelf contactrails maken van k-rail. Twee zaagsnedes in een spoorstaaf, (Fleischmann, Piko, Peco of Roco) isolatieraillasjes er tussen, of een druppel vullende lijm (meestal montagelijm), draadje aan solderen of een 0,6 tot 0,7 mm dik draadje of plaatje klemmen tussen bielsmat en spoorstaaf (met daaraan een draadje), en klaar.
3 kleine stukjes K rails te nemen en dan bij de middelste "de blikken A"
De "blikken A" zit alleen in standaard k-rail wissels (226x). Als je die eruit haalt, en terug vastlijmt met isolerende lijm, dan kun je die gebruiken voor massadetectie.
Bij standaardwissels is het analoog zinvol om ook de binnenliggende spoorstaven op massa aan te sluiten (verbetert het rijgedrag), want die spoorstaven zijn standaard stroomloos (zonder massa). Die spoorstaven kun je (in plaats van de letter "A") ook voor massadetectie gebruiken, en dat is op zich makkelijker (maar met enig risico), want kijk maar eens naar de plaatjes: de letter "A" zit aan twee kanten vast aan de wisseltong scharnieren, en is nog niet zo makkelijk los te krijgen. De letter "A" moet er alleen echt uit als je een standaard wissel ook met 2-rail locs wilt kunnen gebruiken.



Dit in tegenstelling tot slanke wissels (227x); de blikken letter "A" ontbreekt. Daar is ook geen noodzaak toe.
Binnenliggende spoorstaven zijn wel op massa aangesloten. De puko's zijn voldoende hoog om de sleper zonder kortsluitgevaar over de kruisende spoorstaaf te liften.
Dat doet de vraag rijzen waarom standaard wissels dan wél die blikken letter "A" hebben.
Waarschijnlijk vanwege kortsluitgevaar als de sleper zo'n binnenliggende spoorstaaf kruist.
Standaard wissels hebben te weinig hoge puko's om de sleper veilig over zo'n staaf heen te liften.
Je rijdt digitaal dus kortsluitgevaar ligt kritischer dan bij analoog gebruik.
Een centrale slaat af bij kortsluiting, een analoge trafo bromt even maar negeert het signaal.
Normale rechte rails en flexrails heeft geen verbinding tussen de spoorstaven (aansluitrails wel), spoorstaafisolatie is genoeg.
Even uitkijken bij schakelrails (maakt contact met dichts bijzijnde spoorstaaf), en de voet van standaard oude bovenleidingmastjes (die zitten klem tussen biels-mat en spoorstaaf en verbinden beide spoorstaven, dus daar moet je iets anders op vinden).

Rijdt er geen trein, dan heb je geen stroom afname en geeft de opamp geen stroom af.
Rijdt er wel een trein, dan heb je een kleine spanning over de weerstand en geeft de opamp een pulsspanning af.
Aan wat voor opamp denk je dan? Want die truc is ook analoog goed bruikbaar. Je hebt dan geen tweede voedingsbron nodig.
Als je zoals veel digitaalrijders doen, een bipolaire optocoupler neemt met diodetruc dan doe je feitelijk het zelfde.
En dat kan analoog ook, mits je een tweede voedingsbron aansluit (ter referentie) voor die situaties waarin er geen rijspanning op de rails staat. Digitaal staat er altijd rijspanning op de rails, ook als er geen trein rijdt.